‘Lid-van-verdienste Foeke Zijlstra al meer dan zes decennia verbonden aan ONS Sneek’
Wie iets van ONS Sneek wil weten, hoeft niet verder te zoeken dan Foeke Zijlstra (1951). De 71-jarige Sneker verzamelt al decennialang alles van de vereniging waarvan hij al meer dan zestig jaar lid is. Het door Zijlstra opgestelde archief kent zijn gelijke niet in Nederland. Dat kan met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid worden gesteld. In 2007 wordt hij mede vanwege zijn werkzaamheden als archivaris benoemd tot lid-van-verdienste van ONS. Ver voor dat heuglijke moment is Zijlstra een dragende speler in het vlaggenschip van de oranjehemden. Om eens een greep te doen uit zijn gedetailleerde archief: 312 wedstrijden speelt hij voor het eerste elftal van Oranje Nassau Sneek, verspreid over 18 seizoenen.
Tien jaar oud is Foeke Zijlstra als hij zich aanmeldt voor de voetbalsport. Het gezin Zijlstra is hervormd. Niet streng gelovig, maar in verzuild Sneek is het in de jaren ’60 van de vorige eeuw wel gebruikelijk dat je dan kiest voor een op zaterdag spelende vereniging. ONS dus. Waterpoort Boys is nog niet opgericht. Sneek, WZS, Black Boys en LSC 1890 spelen allen op zondag. ONS staat heden ten dage niet bekend als een club waar het volk rijen dik langs de kant staat. Meer dan een halve eeuw geleden was dat wel het geval, zo herinnert Zijlstra zich: ,,Ik heb wedstrijden gezien met 1000 toeschouwers, soms zelfs 2000. De christelijke identiteit woog toen nog heel zwaar. Leden voelden zich nauwer verbonden met de vereniging. Het waren mooie tijden. We speelden aan de Leeuwarderweg. We deelden het sportpark met LSC.”
Op 24 mei 1969, nauwelijks zeven jaar nadat hij is begonnen met voetballen, roept hoofdtrainer Anne Santema Foeke Zijlstra voor het eerst op voor ONS 1. Onsterfelijk maakt de man die Zijlstra laat debuteren zich er niet mee. Integendeel. Santema is bijna de oorzaak van een overstap van de ras ONS-er. Zijlstra kijkt terug op de gang van zaken: ,,Ik was het niet altijd met Santema eens. Hij gaf de voorkeur aan de oudere garde waarmee hij goed bevriend was. In de communicatie was hij ook niet eerlijk. Zo waren er meer dingen. In die tijd ging ik veel om met jongens van LSC. Ik ben toen gevraagd om daar te komen voetballen.” Het overschrijvingsformulier ligt al klaar om ingevuld te worden als Foeke Zijlstra thuis op de Lemmerweg bezoek krijgt van ONS-bestuursleden die lucht hebben gekregen van de situatie. Het bestuur verzekert Zijlstra dat het dienstverband met Santema wordt beëindigd. Op de valreep wordt een transfer voorkomen.
Foeke Zijlstra blijft bij ONS. Dit legt de club die in de jaren ’70 neerstrijkt op het Zuidersportpark geen windeieren. Onder trainer Jack Haak groeit Zijlstra uit tot een vaste klant in de basiself. Aanvankelijk als middenvelder. Al snel zakt hij een linie naar de defensie. Als ausputzer is Foeke Zijlstra op zijn plaats. Dat ziet ook stadgenoot Sneek. Op een goede dag wordt Zijlstra bij een gelegenheidswedstrijd benaderd door Bauke Batstra. ,,Kest wel bij ons speule”, zegt de legendarische Sneek-elftalleider uit het niets. Zijlstra twijfelt. ,,Sneek speelde op het hoogste niveau. Was kort daarvoor zelfs landskampioen geworden. Maar ik was gehecht aan ONS. Ik wilde de club niet verlaten”, legt Zijlstra uit. Nooit zal hij elders spelen. Ontelbare mooie herinneringen heeft Foeke Zijlstra aan ‘zijn’ ONS.
Maar ook minder leuke herinneringen. Zijlstra maakt de zwartste bladzijde uit de ONS-historie van dichtbij mee. Op 15 mei 1971 speelt ONS 1 een oefenwedstrijd bij QVC in Stavoren. Na afloop spreken Zijlstra en zijn ploegmakkers af om halverwege de terugreis ergens aan te steken om iets te gaan eten. Verspreid over vier auto’s zet het gezelschap koers richting een eetcafé in Bolsward. Als de magen daar zijn gevuld besluiten Foeke Zijlstra en Gerrit Bil als eerste de horecazaak te verlaten. De rest van de selectie blijft nog even hangen. Nieuwsverspreiding gaat anno 1971 een stuk langzamer dan tegenwoordig. Pas een dag later verneemt Zijlstra dat bij Ysbrechtum een ernstig ongeval heeft plaatsgevonden. Een Renault is frontaal op een autobus geknald. Al gauw blijkt dat een viertal ploeggenoten betrokken is. Douwe Tiesma overleeft het ongeval. Marten Hoekstra, Broer Smid en Jan Schotanus niet. Een drama van ongekende proporties.
Enkele jaren later komt er opnieuw een naar bericht dat Foeke Zijlstra treft, dit keer direct. Nadat hij eerst enige tijd heeft te kampen met de ziekte van Pfeiffer, wordt er als hij net de 25 jaar gepasseerd is bij hem lymfeklierkanker geconstateerd. Hij wordt onmiddellijk behandeld in Groningen. Het is een heftige tijd. Gelukkig doen de chemokuren zijn werk. Zijlstra herstelt volledig. De voetballerij komt door deze perikelen op een lager pitje te staan. Als alles achter de rug is maakt Zijlstra zijn rentree in het achtste elftal. Recreatievoetbal pur sang, waarvoor Zijlstra te goed en bovendien te jong is. Logischerwijs staan de pijlers snel weer gericht op het hoogste seniorenteam. Van een terugkeer komt het aanvankelijk niet. Oud-ploeggenoot Gerrit Bil is inmiddels hoofdtrainer. Bil is terughoudend om de al enige jaren met gezondheidsklachten kampende aanvoerder te openbaren aan het voetbalgeweld. Bij de promotie die ONS 1 in 1978 behaalt speelt Zijlstra nauwelijks een rol.
Dat verandert vlak daarna. Foeke Zijlstra wordt weer fulltime opgenomen in de selectie en speelt nagenoeg elke wedstrijd. Alles valt in de jaargang 1978/1979 op zijn plek, aldus Zijlstra: ,,We hadden toen een ideale mix. Van elk type speler hadden we minstens eentje rondlopen. Pieter Beuzenberg was een formidabele keeper. Verder hadden we harde werkers, technische jongens, leiders. Dat voorin jongens als Wieger Sinnema en Ruurd Heerschop rondliepen scheelde natuurlijk ook een slok op een borrel.” De eerste klasse is te hoog gegrepen. Dat ONS degradeert leidt niet tot een crisis binnen de vereniging. Absoluut hoogtepunt is de wedstrijd die wordt gespeeld op 8 maart 1980 op sportpark De Westmaat te Spakenburg. IJsselmeervogels is de tegenstander. De ‘rooien’ hebben vijf jaar eerder Nederland verbaasd door als eerste amateurclub ooit door de stoten tot de halve finale om de KNVB-beker. De Spakenburger dorpsjongens groeien plotseling uit tot bekende namen. Sterspeler Jaan de Graaf voetbalt in 1980 voor AZ, maar met jongens als Henk de Graaf en Jan Vedder is IJsselmeervogels nog steeds een grote naam in amateurvoetballand. Zijlstra en consorten hebben maling aan de reputatie van de gastheren. Met een 0-1 zege op zak wordt het vissersdorp verlaten. ,,En kwaad dat ze daar waren”, lacht Zijlstra meer dan veertig jaar na dato.
Niet veel later strijkt Hans Westerhof neer als hoofdtrainer op het Zuidersportpark. Westerhof, inmiddels wereldwijd bekend met dienstverbanden bij Ajax, PSV, FC Groningen en zelfs in Mexico op zijn naam is in 1982 als trainer nog zo groen als gras. Alleen als semiprof heeft hij op dat moment bescheiden bekendheid verworven bij Cambuur en Veendam. De aanstelling van Hans Westerhof is dus een gok, maar wel eentje die goed uitpakt volgens Foeke Zijlstra: ,,Westerhof was de eerste die tactisch trainde. Tot op dat moment was de trainingsstof die we kregen niet gevarieerd. Onder Westerhof wel. Hij hield zich ook bezig met de zwakke punten van een tegenstander. Wat trainers betreft stak hij er ver bovenuit. Dat we niet opzienbarende prestaties onder hem hebben geboekt doet daar niets aan af. Het spelersmateriaal was daar ook niet naar. We betaalden niet. Dan ben je elk jaar afhankelijk van wat er komt en wat er gaat.”
In 1987 zwaait Foeke Zijlstra af. Het afscheid wordt niet in stijl uitgevoerd. ONS degradeert. ,,Ik was 36 jaar. Het verschil met de jongere jongens in de selectie werd steeds groter. Daarnaast had ik een drukke baan. Ik werkte regelmatig in het weekend. Het was jammer dat we degradeerden, maar het was mooi geweest zo.” Vanwege slijtage in de heupen stopt Zijlstra eerst. Later trekt hij in de lagere elftallen toch de kicksen weer aan. ONS is dan al een ambitieuzer koers gaan varen. De club wil hogerop. Er wordt actief naar spelers die het niveau omhoog brengen gezocht. Om betalingen mogelijk te maken wordt er een Business Club opgericht. Zijlstra ziet de plannen met argwaan tegemoet. Later draait hij bij. ,,Ik was bang dat het ten koste van de jeugd zou gaan. Dat is deels uitgekomen, maar de club heeft de jeugdafdeling nooit verwaarloosd. Ik denk dat we door de successen die in de afgelopen 25 jaar zijn behaald in staat zijn geweest om op eigen benen te blijven. Vergeet niet dat er destijds zes voetbalclubs in Sneek waren. Alle dorpen rondom de stad hadden ook een eigen vereniging. De concurrentie was enorm.’’
De nieuwe koers brengt ONS vele successen. In 1999 belandt de hoofdmacht opnieuw op het hoogste niveau. In 2006 wordt het daar zelfs kampioen. Een jaartje of 20 is ONS in het noorden een van de toonaangevende amateurverenigingen. Talloze memorabele wedstrijden worden er op het Zuidersportpark gespeeld. In 2012 bijvoorbeeld. Nadat eredivisionist Excelsior eerder beentje is gelicht krijgt ONS in het bekertoernooi visite van Ajax. De Amsterdammers winnen, maar de 0-2 score is geenszins een afgang voor de amateurs. Anno 2022 zijn de ambities bijgesteld bij 90-jarige vereniging. ONS speelt na twee degradaties in korte tijd op het vierde amateurniveau. ,,Met de financiële middelen die er nu zijn is topamateurvoetbal niet mogelijk. Wil je dat in een stad als Sneek dan moet je fuseren. Ik zag best heil in een fusie met Sneek Wit Zwart. Op die manier had je structureel in de hoogste amateurklassen mee kunnen draaien. Er wordt nu ingezet op de jeugdopleiding. Op bijna elk jeugdteam zit een betaalde, gediplomeerde trainer. Er werd zelfs even gescout. Dat leverde in de omgeving veel boze gezichten op. Dat doet de club nu niet meer. Wel is het van belang om te verhuizen. Wat de aanloop van jeugd betreft zit je op deze locatie niet ideaal. Er wordt wel eens gesproken over een verhuizing naar een nieuw multifunctioneel sportpark bij het plan Harinxmaland. Ik zou het toejuichen”, aldus Zijlstra.
Zijlstra is in 2007 benoemd tot lid van verdienste. Mede of misschien wel vooral vanwege zijn werkzaamheden als archivaris. Hiermee begint hij al in de vroege jaren zeventig. Nadat uitslagen, doelpuntenmakers en opstellingen van ONS 1 in kaart zijn gebracht gaat de zoektocht steeds verder. Duizenden uren heeft hij door de jaren heen gestoken in het archief. Leden worden geraadpleegd. Zijlstra reist er ook voor naar het gemeentearchief, het Scheepvaart-museum, Tresoar, zelfs naar de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag. ,,Ik kwam wel eens thuis met vierkante ogen, maar ik vind het leuk werk. Ik houd ervan om dingen uit te zoeken”, licht Zijlstra toe. Inmiddels is zijn archief uitgegroeid tot een enorme database, zorgvuldig ondergebracht in een zelf samengesteld programma. Zijlstra is zijn hele leven werkzaam geweest in de automatisering, hij kan er mee uit de voeten. Statistieken, foto’s, elftalfoto’s, wedstrijdposters, clubbladen, programmabladen, alles is digitaal terug te vinden. Van elk document bewaart hij ook het papieren exemplaar. ,,Ik denk dat boven ongeveer 150 ordners staan”, verduidelijkt Zijlstra de omvang van zijn levenswerk. Van ieder lid – donateurs incluis – heeft Zijlstra een schat aan gegevens. Een paar klikken op de muis en de benodigde informatie is uitgerold. Het is duidelijk: Zijlstra is zeer betrokken bij zijn club. Een fanatiek supporter is hij evenwel nooit geweest. ,,De thuiswedstrijden zie ik lang niet allemaal. Uitwedstrijden ging ik sowieso al zelden heen. Hillie was wat dat betreft een stuk fanatieker.”
Hillie is Hillie Annema, de vrouw waar Foeke Zijlstra vanaf 1978 het leven mee deelt. Ze kennen elkaar via het werk, het Provinciaal Electriciteits Bedrijf (PEB) in Leeuwarden. Sport speelt een grote rol in het leven van het stel, dat vanaf 1988 een echtpaar is. Foeke Zijlstra geniet provinciale bekendheid als de veldheer die de achterhoede van ONS regeert. Hillie Annema is een getalenteerd basketbalster. In haar jonge jaren wordt ze zelfs geselecteerd voor de voorselectie van het Nederlands jeugdteam. Later stuwt ze met haar dorpsgenoten uit Damwâld de plaatselijke basketbalclub Kroon tot de hoogste niveaus. Nadat Annema haar intrek neemt in de woning van Zijlstra gaat het reizen haar tegenstaan. Ze gaat dan spelen voor Sporty uit Leeuwarden. Dichter bij Sneek en weer een niveautje hoger. Heel erg thuis voelt ze zich niet in de hoofdstad, weg van de vriendinnen uit haar geboortedorp. In 1984 zegt ze het basketbal vaarwel, maar sporten blijft ze volop. Annema meldt zich aan bij de damestak van ONS. De club wint er een betrokken lid mee. De Damwâldse wordt actief in het jeugdbestuur en vervult daarbuiten nog talloze andere functies. Zij is het ook die plakboeken begint bij te houden van Zijlstra’s voetbalcarrière. Naast de gezamenlijke liefde voor sport zijn de geliefden ook aan dezelfde werkgever verbonden. Elke dag reizen ze samen naar Leeuwarden. Menig relatie sneuvelt onder die omstandigheden. Bij Foeke Zijlstra en Hillie Annema is dat allerminst aan de orde. Ze zijn zielsverwanten en hebben het prachtig samen. Tot het noodlot vlak na de eeuwwisseling toeslaat. In 2002 krijgt Hillie met gezondheidsklachten te kampen. Steeds vaker is ze moe. Niet gebruikelijk voor iemand met een conditie om u tegen te zeggen. Er volgen onderzoeken. In september 2002 blijkt wat de boosdoener is. Er worden uitzaaiingen van een melanoom ontdekt. Het betreffende melanoom wordt al in 1995 met een ruime marge verwijderd. Sindsdien staat Annema jaarlijks onder controle. Zes jaar lang volgen er positieve berichten, tot in 2002 als de controle volkomen uit het niets op een nachtmerrie uitdraait. Tijd om de desastreuze mededeling te verwerken krijgt het echtpaar niet. Het gaat snel. Veel te snel. Nauwelijks zes weken na de diagnose komt Hille Annema-Zijlstra te overlijden, slechts 42 jaar oud.
Het leven van Foeke Zijlstra staat op de kop. Het zijn zware tijden. Met behulp van vrienden en familie gaat het stukje bij beetje beter. Inmiddels geniet Foeke Zijlstra weer volop van het leven, samen met Coby Smits. Met haar bewandelt hij al eens voorzichtig en kortstondig het liefdespad in het tijdperk voor Hillie haar intrede doet. In 2014 hoort Zijlstra dat zijn scharrel van weleer weduwe is. Hij trekt de stoute schoenen aan en neemt contact op. De klik die er ooit was is nog onverminderd aanwezig. Het contact groeit snel uit tot meer. Zeven jaar lang reizen ze heen en weer tussen Sneek en Stiens, de woonplaats van Coby Smits. In 2021 besluiten ze samen te gaan wonen. De woning van Zijlstra wordt aangehouden. Op loopafstand van het Sneker stadscentrum wordt deze beoordeeld als gunstiger gelegen. ,,Mooi dicht bij café ’t Ouwe Vat”, knipoogt Zijlstra. Een sportliefhebber is Coby Smits niet, maar ze hebben het samen leuk en dat is zichtbaar. Ze komen de tijd prima door. Is er nog tijd voor het ONS-archief? ,,Zeker wel. Ik blijf altijd zoeken naar nieuw materiaal. Er is nog genoeg niet bekend. Zeker van de vooroorlogse periode. Ik vrees dat het ook heel lastig wordt om dat te achterhalen, maar je weet het nooit. Ook heb ik wel eens nieuwe ideeën. Dan richt ik het archief weer anders in zodat het beter werkbaar is. Af is het nooit”, sluit de sympathieke Sneker met een brede glimlach af.
Foto’s: archief Foeke Zijlstra
Bron artikel: Facebook ‘Op Friese Velden’ van Klaas Dijkstra